Mensen met een te hoog gewicht kwamen vroeger vrijwel niet voor. Het te mager zijn was eerder een probleem. De hoeveelheid voedsel was beperkt en was duur. De meeste mensen hadden geen mogelijkheid om voldoende eten bij elkaar te harken. In deze tijd was het erg verstandig om veel te eten als voedsel voorhanden was. Niemand wist wanneer de volgende hongersnood kwam. Maar dat een voedsel tekort binnen 7 jaar ontstond was zo goed als zeker. Een extra laagje vet kon dus geen kwaad.
Nu is een overgewicht wel een probleem. Te zware mensen leven meestal korter door hartaanvallen, beroertes en suikerziektes. Bovendien voelen ze zich ongelukkiger in een tijd waarin spichtige fotomodellen een norm zetten. Te dikke mensen kunnen we wellicht helpen, als we weten hoe het lichaam de opname van vet regelt.
In 1994 ontdekte Jeffrey Friedman het hormoon leptine. Leptine zet het honger signaal van de hersenen uit. Hoe meer leptine, hoe lager het honger gevoel. Minder Leptine leidt tot meer honger en daarmee een grotere voedselopname. Als dit mechanisme niet werkt door bijvoorbeeld een kapot gen dan blijft het hongergevoel en neemt het lichaamsgewicht toe. Helaas - of gelukkig- komt dit gen defect vrijwel niet voor bij te dikke mensen. Een goed werkend leptine systeem kan toch leiden tot een extreem overgewicht. Waarom?
Lucianno Rossetti en zijn collega's van het Albert Einstein College of Medicine in New York denken dat dit komt doordat het lichaam, net als vroeger, probeert zoveel mogelijk voedingsstoffen tot zich te nemen. Zoveel als er voor handen is. Veel beschikbaar voedsel, leidt hiermee tot veel honger en daarmee tot gewichtsgroei. Is er geen voedsel aanwezig, dan is het hongergevoel minder en gaat het lichaam andere zaken doen.
In tegenstelling tot wat u op het eerste gezicht denkt, regelt het leptine systeem dit feilloos. Een hoge voedselopname leidt tot een verlaging van het leptine niveau en hiermee tot een groter honger gevoel. Veel eten is voor het lichaam dus het signaal om nog meer te eten. Minder eten leidt niet tot een lager leptine niveau - geen hongergevoel-. Waarschijnlijk omdat het lichaam ontdekt dat al voldoende voedsel aanwezig is.
Elk pondje gaat door het mondje en leidt tot meer pondjes door het mondje. Dit was vroeger en nu nog in het grootste deel van de wereld een verstandige handelswijze. Dikzijn is hierdoor niet een ziekte, maar een natuurlijk gevolg van de voedselrijkdom in het Westen.
Zie ook:
Bron: Nature Medicine via The Economist
july 31st 1999 page 71
Datum laatste inhoudelijke wijziging 25 augustus 1999.