De ruzie liep hoog op. Het gesprek was vriendelijk begonnen, maar ontaardde snel in een schreeuwpartij. Zowel de grasspriet als de koe hielden vol dat ze gelijk hadden. Het begon zo simpel. De grasspriet vertelde dat alle levensvormen eigenlijk gelijk zijn en dat er geen wezenlijk verschil tussen het sprietje en een koe te bedenken valt. We groeien, bloeien en vergaan. Moeilijker kan het niet zijn. De koe beweerde dat de grasspriet niet goed had nagedacht. Een koe kan een grasspriet opeten en omzetten in melk en daardoor was een koe veel meer waard dan een grasspriet. Wacht even, zei de grasspriet. Zonder mij kun jij niet bestaan en ga je dood. Oh nee hoor, antwoordde de koe. Ik kan van alles eten. Mais vind ik ook lekker en aardappelen ook. Ha, ha, dat doe ik ook, zei de grasspriet. Ik kan groeien van jouw poep en plas of van de schijterij van vogels. Ik heb jou ook niet nodig. En ik zet stront om in gras dat rijk is aan eiwitten en suikers. Dat is pas echt knap. Zie je, er is gewoon geen echt verschil tussen ons. Zo bleven de koe en de grasspriet bekvechten. Het was mooi weer en ze hadden verder toch niets te doen in de wei.
Het was al middag toen de boer met de grasmaaimachine kwam. De machine maakte een hels lawaai. De koe schrok van het akelige geluid en maakte zich uit de voeten. De grasspriet bleef echter onverstoorbaar staan. Stoer keek het de boer aan en schreeuwde dat de boer het niet moest wagen om hem een kopje kleiner te maken. Dat was het laatste wat de grasspriet uitkraamde. Het einde kwam snel en pijnloos. De grasmaaier was vlijmscherp en in een fractie van een seconde was het grassprietje niet meer. Alle levensfuncties verdwenen meteen. Het lag plat in de wei te wachten tot het uitdroogde en hooi werd. Daar hoefde het niets voor te doen.
Kijk, dacht de koe. Dat is het verschil tussen de grasspriet en een koe. Ik kan bewegen en wegvluchten. Dat maakt dat ik moet denken en de directe toekomst moet voorspellen. Ik voorspelde dat de grasmaaimachine mijn poten onder mijn lijf vandaan zou halen als ik bleef staan. Dat leek me niet een goed idee. Daarom sprong ik opzij. Dat is het echte verschil tussen mij en een grasspriet. Ik kan bewegen. Daarom kan ik beslissingen nemen en voorspel ik waar ik het beste kan gaan staan. Dat kan een grasspriet niet.
Ik ga filosoof worden, dacht de boer. Het is eigenlijk helemaal niet zo moeilijk. Planten en schimmels reageren tijdens hun leven altijd achteraf. Ze kunnen vooraf geen beslissingen nemen. De blaadjes gaan open nadat de zon opkomt en gaan dicht nadat de zon is ondergegaan. Planten gedijen alleen als er voldoende zonlicht, voedingstoffen en water beschikbaar is. Ze groeien volgens een vast plan nadat aan alle groeivoorwaarden is voldaan. Planten hebben geen keus. Hun werking is vastgelegd in het erfelijk materiaal. Planten gaan niet sneller groeien omdat ze de tuinman aardig vinden.
Dieren en mensen bouwen verder op dit werkingsplan en hebben daar boven de vrijheid om zelf te bewegen. Hebben ze een goed waarnemingsvermogen, bijvoorbeeld kunnen ruiken of zien, dan krijgen ze een beter beeld van de omgeving. Ze kunnen daardoor vooraf beslissen welke positie ze gaan innemen. Gaan ze naar het eten toe of gaan ze juist ergens vandaan om zelf geen eten te worden? Elke beweging is een voorspelling. Soms komt die niet uit en vallen ze bijvoorbeeld, maar meestal werkt de voorspelling prima. Met de keuze van de positie beïnvloeden ze de toekomst. Ze eten en blijven leven of eindigen in de maag van een ander dier en gaan dood.
Mmm, dacht de boer. Het eigenlijke verschil tussen een grasspriet en een koe is dat een koe de directe toekomst kan voorspellen en een grasspriet niet. Een koe kan bewegen en beslist door waarnemingen vooraf haar beste positie. Een grasspriet kan niet bewegen en voert alleen achteraf het werkingsplan uit. Voor een agrarische filosoof is dit best wel een leuke vaststelling, dacht de boer. Meteen kwam een nieuwe vraag bij hem op: Hoe kunnen we het gedrag van dieren en mensen voorspellen en toetsen? Het zonnetje scheen nog zacht toen hij terugreed naar de boerderij. Morgen komt er weer een dag, dan denk ik daar wel over na, zei de boer hardop. Nu eerst lekker eten en een glas melk drinken.
Zie ook: